top of page
daniellestals

Op zoek naar de verloren tijd

Serie diepte-interviews over Perron C.


In gesprek met grafisch ontwerper Inge Korten, over de bezieling voor haar werk en over de waarde van herinneringen. ‘Blik in de ziel’ is een reeks portretinterviews met ondernemers die atelier houden in Perron C , de creatieve broedplaats van Weert.


Op haar visitekaartje staat een doosje met daarin houten stempels gegroepeerd in de woorden: ‘INGE KORTEN, GRAFISCH ONTWERP’. Het is een zonnige ochtend in de werkkamer van Inge Korten. Ze huurt atelier 01 in Perron C, de Weerter broedplaats voor creativiteit. Omringd door een groep van 18 mede- creatievelingen verwezenlijkt ze hier haar droom. Het interieur van haar privé-domein ‘spreekt’ letter-lijk. Het verraadt een diepe fascinatie voor letters en woorden, en met name de vormen waarin ze voorkomen. Aan de muur hangen in zwarte lijstjes portretten van de 26 letters van het alfabet. Elk met hun eigen karakter. Op portret 1, de statige, voorname A in allerlei typografische uitvoeringen, op portret 2 de rondbuikige B, van sierletter, tot ‘Bookman old style’? Heeft ze een lievelingsletter? ‘Nee, ik hou van alle letters even veel’, zegt Korten beslist.





De ziel van het tastbare en de verloren tijd



In de kast blinkt een Olympia typemachine: “Geen mooier geluid dan het tikken van de hamertjes op een vel papier,” mijmert ze. Is Korten op zoek naar de verloren tijd? “Ja, misschien wel. Ik verlang ook echt terug naar de tijd van de drukpers. Drukken was zo’n mooi proces. Letters graaien in de letterbak. Iedere letter moest afzonderlijk gezet, ondersteboven en in spiegelbeeld. Teksten waren zo mooi, precies omdat ze niet helemaal perfect waren, zoals bij computerwerk. Ik hou van tastbaarheid. Van het echte. Dat gaat soms verloren in het computertijdperk. Vroeger kon je die letter vastpakken en voelen: de structuur, het idee, de inkt. Dat ambachtelijke en tastbare, probeer ik op een andere manier in al mijn werk te stoppen. Maar het blijft tegelijk eigentijds.”


Kunstacademie

Als klein kind tekende ze al onophoudelijk letters. Op een dag wil ze haar eigen lettertype ontwerpen en typografie is een belangrijk onderdeel van haar werk, maar ondertussen ontwerpt ze allerlei andere dingen in woord maar vooral ook in beeld. Korten maakt jubileumboeken en herinneringenboeken vol foto’s en ook geboortekaartjes. Verder creëert ze huisstijlen en visitekaartjes voor (non)-profit ondernemingen en ook websites. Korten: “Vanaf het moment dat ik een potlood vast kon houden, was ik al bezig met tekenen en ontwerpen. Zeker niet alleen letters hoor! Ik riep al heel vroeg: ‘Ik ga naar de kunstacademie!’, lang voordat ik enig idee had van wat mensen daar in godsnaam deden. Pas toen ik ging studeren aan de Akademie voor Kunst en Vormgeving St. Joost in Den Bosch, kwam ik erachter wat ‘kunstacademie’ eigenlijk betekende. In het eerste jaar maakte ik voor het eerst kennis met Grafische Ontwerp. Ik dacht: ‘Dit wil ik!’ In de grafische discipline komt alles wat ik zoek samen. Tekenen, fotograferen, typografie en computerdesign.”


Iconisch

Sinds haar afstuderen in 2008 werkt ze als grafisch ontwerper en vanaf eind 2012 houdt ze atelier in Perron C. Inmiddels kan Korten een hoop mooie grafische ontwerpen laten zien. Allemaal even helder. Iconisch is misschien wel de term die haar beste werk het beste samenvat. Alles wat een mens of onderneming is, vervat in soms dat ene beeld. De taal van eenvoud. Maar schijn bedriegt, want alle details, alle ideeën, alle herinneringen van de mens die er achter zit, een heel mensenleven misschien, probeert Korten te vangen in dat ene beeld.


Less is more

Is er één mantra dat Korten bij alles wat ze ontwerpt in haar achterhoofd hoort?: Korten: “Het klinkt misschien als een cliché, maar mijn mantra is ‘Less is more’. Als ik voor iemand ga ontwerpen wil ik alles weten. Herinneringen, de verhalen die hem of haar maken tot wie hij is. Ik vraag door en door - en ik leg alles vast in woorden en een heleboel schetsen. Uiteindelijk ontdoe ik alle ideeën van poespas en ruis, er is al zoveel ruis in deze drukke wereld. En dan kom ik tot de kern van dat wat iemand eigenlijk wil zeggen. Ik ontwerp wat mensen willen, maar niet wat ze verwachten. Iets dat ze vaag of intuïtief in hun hoofd hadden, maar niet konden visualiseren. Het is een moeilijk proces, en ik ben een perfectionist. Ik probeer zo dicht mogelijk te komen bij dat ideale beeld in mijn hoofd. Dat lukt tegenwoordig steeds beter. En het resultaat is altijd persoonlijk. Alles is al gedaan in de tijd, het enige nieuwe is het persoonlijke. En als het goed is, komt in dat persoonlijke icoon in één klap het universele tot uitdrukking. Iets wat iedereen persoonlijk raakt, maar wat misschien niet onder woorden is te brengen. Dat is de kunst.”


Villa V.I.P

Het ontwerp dat het proces misschien het meest sprekend illustreert – zonder dat je het als kijker letterlijk onder woorden kunt brengen - is dat voor de huisstijl van Villa VIP, de ‘psychologenpraktijk kind en jeugd’. Met een paar penseelstreken staat er een veilige en speelse villa, een plek waar iedereen zich thuis zou voelen. Korten: “Het is zo tastbaar, je kunt er bijna door het papier heen binnen stappen. Je wilt graag die drempel over.” In dat ene beeld tegen de lime-groene achtergrond, vat Korten de ziel van Villa VIP.


De ziel van een wijk

Maar ze denkt ook groter. Groter dan de ziel van een mens of onderneming. Naast haar werk voor (non)-profit ondernemingen en particulieren, doet Inge Korten ook Community Art Projecten, kunstprojecten waarin de gemeenschap in wijken en buurten centraal staat. Samen met fotograaf Irma Bulkens deed ze bijvoorbeeld het project Kijkdiewijk (2010). Ze gingen op zoek naar de ziel van een hele wijk. Ze togen De Gestelse Buurt in en gingen op zoek naar collectieve herinneringen van buurtbewoners. Ze legden die herinneringen vast, portretteerden markante wijkbewoners en maakten het boekje Bladeren, een soort familiealbum met een verzameling foto’s uit de fotoalbums van willekeurige wijkbewoners.


Bladeren door de seventies

Met een glimlach bladert Korten door ‘Bladeren’, de bladzijden slaat ze met een liefdevol gebaar om. “Het zijn niet alleen foto’s van individuele mensen. Ze geven een tijdsbeeld. Ze appelleren aan ons collectieve geheugen, niet alleen aan dat van de Gestelse wijkbewoners. Het is veel universeler dan dat.“ Wie kent ze niet uit de familiealbums: Een jongetje dat amper boven de tafel uitsteekt en dat met orkaankracht vier kaarsjes op zijn verjaardagstaart uitblaast. Een moeder met haar pasgeboren baby in het ouderlijk bed, en dan zijn er die polaroids uit de jaren ’70. Een deel van het boekje is gewijd aan één specifiek jongetje uit De Gestelse Buurt, genaamd Berry. Het is een kind van de jaren ’70. Berry met een vlinderbrilletje, toont met onverholen trots zijn gebroken arm, Berry spettert in bad, Berry met 7 vriendjes – met open monden en elkaar verdringend - op een tweezitsbank, Berry die zijn tanden poetst onder een kraan met een slurfje eraan. Berry, Berry, Berry. Maar Berry is eigenlijk Alleman. Iedereen kent Berry. Iedereen wás Berry. Wij ook in zekere zin.


Heimwee

Korten kijkt op uit het tijdsdocument en zegt: “Ja, ik heb vaak heimwee naar vroeger. Zelfs naar de jaren ’60-’70, de tijd van mijn ouders, of verder terug. Misschien komt het door de mooie plakboeken en dagboeken die mijn moeder voor me bij hield toen ik klein was. Het was de tijd nog voordat ik mijn eerste herinnering kon onthouden. Het idee: ‘Er was iets, voordat ik me bewust was.’ Herinneringen en verhalen en foto’s zijn belangrijk voor mij. Ik verlang naar het echte, het tastbare in iedere tijd en in ieder mens. Dat wil ik uitdrukken.” Misschien is het als het verlangen naar het aanraken van de letters in de letterbak. Een heimwee die nog teruggaat tot het begin van de boekdrukkunst, of eerder. Op zoek naar de verloren tijd.


Meer info: www.ingekorten.nl

Tekst: Danielle Stals Foto’s: Dion Huiberts


Comments


bottom of page